Carine en Anthony op La Loire à Vélo van Nantes naar Blois

Na een prettige tussenstop gaan we weer op weg, naar Saint-Florent-le-Viel, een heel leuk stadje. Als we vertrekken moeten we beslissen of we via “de Loire-oevers” of via “de vallei” naar Montjean-sur-Loire gaan. We kiezen voor de Loire-oevers, een keuze die we al snel betreuren: 12km rechte, platte weg, zonder schaduw. Het was duidelijk het moeilijkste deel van de rit. Na een tiental kilometer lokt een uitspanning aan de rand van de weg ons. Zo ontdekken we “Le Marie-Louise”: een uitspanning met een terras, een jeu-de-boulesbaan, ligstoelen in de schaduw en een zachte sfeer. Tot slot rijden we de twee resterende kilometer tot aan onze camping.

We komen hier rond vier uur ‘s middags aan. We hebben gekozen voor camping Paradis de Montjean-sur-Loire, want hier is een overdekt zwembad dat al open is. De camping heeft een ruimte voor “wandelaars” waar we gebruik kunnen maken van een koelkast, een magnetron, eettafels en waslijnen om onze handdoeken te drogen. Nadat we onze tent hebben opgezet en een douche en een duik hebben genomen, bezoeken we aan het einde van de dag Montjean-sur-Loire. Het is een mooie stad, vooral het hoge deel. We eten op de camping en genieten dan van een heerlijke nachtrust.

Daarna gaan we op weg naar Gennes-Val-de-Loire. We aarzelen: ofwel we slapen hier, of we rijden nog even verder naar camping Huttopia op ongeveer tien kilometer van Saumur. We drinken een glaasje op een terras en besluiten nog een paar kilometer te fietsen. Er wordt namelijk regen aangekondigd voor de volgende dag. We doen dus liever vandaag nog een paar kilometer meer. Na de tanden op elkaar gezet te hebben vanwege de stevige hellingen op onze weg, komen we aan bij onze camping.

We kenden Huttopia niet, maar we zijn zeer aangenaam verrast: een natuurcamping, een heel groot overdekt zwembad, modern en schoon sanitair, en kampeerplaatsen met uitzicht op de Loire! We staan op een klein plekje, maar wel groot genoeg. Bij de receptie bestellen we ons ontbijt voor de volgende ochtend, we genieten van het enorme zwembad voor ons alleen en gaan eten met uitzicht op de Loire. We testen het gevriesdroogde gehakt met puree en ook dat is een hele goede verrassing! Perfect op smaak. We gaan naar bed. Die nacht worden we wakker van het onweer vlak boven ons hoofd. Het is indrukwekkend maar gelukkig van korte duur.

We vergissen ons in de weg in Savigny-en-Veron, waardoor we iets omrijden. Maar de bewegwijzering is zo goed dat we vrij snel weer op het fietspad komen. We zijn aangekomen in de regio Centre-Val de Loire! We rijden verder tot Bréhémont, waar de camping (ook met binnenzwembad) op ons wacht. Bij aankomst op de camping gingen we onze tent opzetten, maar er kwam storm op met buien en heftige windstoten. Tegen de tijd dat we de tent hadden opgezet, brak er een boogstok.

En we hadden geen reservestokken bij ons. Uit angst dat de tent ‘s nachts op ons hoofd zou vallen, vroegen wij de camping om hun goedkoopste accommodaties met dak. Zo kwam het dat we in een tweepersoons stacaravan van twintig vierkante meter terechtkwamen. Hij is heel goed ingericht. En heel stiekem zijn we blij in een bed te slapen en een eigen badkamer te hebben!

Na een korte lunchpauze hebben we de klim naar Montlouis-sur-Loire gemaakt! Het zwaarste van de dag was achter de rug, want het resterende traject was grotendeels bergafwaarts, door wijngaarden en langs de Loire! We kwamen vrij vroeg in de middag aan in Amboise. Direct bij binnenkomst in de stad troffen we een uitspanning met uitzicht op het Koninklijk Kasteel! Het was echt een leuk plekje, dat we je aanraden: Chez Oscar et Suzette! Toen we vorig jaar Amboise bezochten, was het regenachtig weer, we vonden het nu dus heerlijk om in de zon van de stad te genieten!

We zijn neergestreken op Camping de l’Ile d’or, de grootste camping van Amboise en omgeving. Na onze tent opgezet te hebben, zijn we gaan midgetgolfen op de camping. Anthony heeft (overtuigend) gewonnen en had dus het recht uitgenodigd te worden voor het avondeten. We zijn naar het centrum van Amboise gegaan om een leuk restaurant te vinden voor onze laatste avond. De nacht was rustiger en onze tent heeft het volgehouden, ondanks de gebroken stok!

In Candé-sur-Beuvron hadden we recht op onze laatste grote beklimmingen, daarna was het een platte weg tot aan Blois. Met de wind in de rug kwamen we snel en zonder moe te worden vooruit, naar Blois. Eenmaal ter plaatse beseften we dat we de grens van 300km overschreden hadden. Wat een avontuur! Omdat we al vaak in Blois waren geweest, de geboortestad van Anthony, zijn we hier niet lang gebleven en onmiddellijk op weg gegaan naar Suèvres, onze eindbestemming, via de noordelijke oever.

Het was een mooie weg tot aan Ménars. Daar hebben we een aantal kilometer over grind gereden. Het is het enige deel van onze rit met meerdere kilometers paden die niet prettig zijn om over te fietsen. De weg wordt beter bij Cour-sur-Loire, met schitterende Loire-oevers. Eenmaal in Suèvres hebben we La Loire à Vélo verlaten en zijn naar de familie van Anthony gegaan. We waren dolgelukkig en apetrots op onze aankomst na deze 320km te hebben afgelegd!